Mensen met dyslexie, dyscalculie of AD(H)D hebben in ieder geval één ding gemeen. Ze zijn allemaal beelddenker. Als je in beelden denkt, gebruik je je hersenen op een andere manier. Je neemt op een andere manier waar en je verwerkt informatie anders dan taaldenkers.
Beelddenken is geen probleem, het is juist een talent!
Taaldenkers, denken in woorden. Vraag je een taaldenker wat zie je als ik zeg “huis”, dan zien ze meestal niks, wel horen ze het woord.
Stel je dezelfde vraag aan een beelddenker dan ziet hij een huis voor zich, met de ramen en deuren die erin zitten en de kamers, hoe ze ingericht zijn en hoe de tuin die bij het huis hoort eruit ziet.
Het taaldenken is lineair, dat wil zeggen; de ene gedachte volgt de andere op. Dit gaat veel trager en is oppervlakkiger dan het beelddenken.
Beelddenkers denken in beelden en gebeurtenissen, niet in woorden en begrippen. Dit heeft veel voordelen.
Beelddenkers zijn snelle denkers, ze zien in één oogopslag het geheel. Een beeld zegt meer dan 1000 woorden. Men kan 32 beelden per seconde bewust binnen krijgen, terwijl gesproken taal 5 woorden per seconde heeft.
Beelddenken is ruimtelijk denken, het ene beeld volgt het andere heel snel op en het ene beeld roept weer een reeks andere beelden op. Daardoor overzien beelddenkers snel het geheel en zien zij makkelijk verbanden tussen losse onderdelen en komen zo vlot tot een, vaak creatieve, oplossing.
Voor beelddenkers is het onder woorden brengen van die oplossing, het vinden van de juiste woorden bij de beelden die je ziet, soms lastig.
De methode die Ron Davis heeft bedacht, sluit volledig aan bij de gedachtegang van beelddenkers. Tijdens een training wordt geleerd hoe je het vermogen om in beelden te kunnen denken in je voordeel kunt laten werken, zonder dat het je al te veel inspanning of energie kost.